Werken Met Control Characters
Microsoft Word documenten kunnen verschillende tekens bevatten die een speciale betekenis hebben. Normaal worden ze gebruikt voor opmaakdoeleinden en worden ze niet in de normale modus getekend. U kunt ze zichtbaar maken als u klikt op de knop Toon/Verberg opmaakmarkeringen op de standaardwerkbalk.
Soms moet u tekens aan/uit de tekst toevoegen of verwijderen. Wanneer u bijvoorbeeld programmatisch tekst uit het document verkrijgt, behoudt Aspose.Words de meeste besturingstekens, dus als u met deze tekst moet werken, moet u de tekens waarschijnlijk verwijderen of vervangen.
De klasse ControlChar is een opslagplaats voor de constanten die controletekens vertegenwoordigen die vaak in documenten worden aangetroffen. Het biedt zowel char-als stringversies van dezelfde constanten. Tekenreeks LineBreak en tekenreeks ControlChar.LineBreakChar hebben bijvoorbeeld dezelfde waarde.
Het volgende codevoorbeeld laat zien hoe controle-tekens worden gebruikt: